The girl with the rash
Met mijn bril op zie ik er uit als een dokter . . . blijkbaar. In de minivan ‘Coban naar Flores’, werd ik al drie keer aangekeken ende toegesmiled door een chick links voor me. Ik gokte natuurlijk op onvervalste sjans, maar toen ik later bij de eerste stop uit de toiletten nóg een keer aangesmiled werd, kwam vlak daarna aan tafel de vraag of ‘er een dokter in de zaal was?’
Ze bleek een rash van hier tot Honduras te hebben, die al zeker een maand aanhield. Twee doktors hadden al hetzelfde zalfje aangesmeerd, maar de rash bleef, vooral in dikte, terrein winnen. Waarschijnlijk veroorzaakt door insectenbeten. Verder iedereen was vervolgens opvallend snel uitgegeten, waarna ik met haar en nog twee andere travelpeopletjes overbleef. Na de maaltijd hebben we eens goed op haar rug gekeken en dat zag er inderdaad best ernstig uit. Niet dat ik er iets zinnigs over te zeggen had, behalve het advies om misschien een maya dokter op te zoeken die wellicht wat dichter bij de natuur stond, maar toch.
Later, terug in de bus, vroeg ze of ik een foto van haar wilde maken. Ik stond al nietsvermoedend klaar om haar er zo goed mogelijk op te krijgen, met nog een beetje van de bus, de omgeving en de juiste belichting, maar het bleek om een ordinaire foto van haar rash te gaan, voor haar dokter in land van herkomst. Zo artistiek als ik kon heb ik vervolgens het hele landschap in kaart proberen te brengen, zodat ik er er later misschien nog wat aan zou kunnen hebben in mijn portfolio, bij een eventuele google sollicatie.
Later bij aankomst in Flores kreeg ik echter, zacht gezegd, sterk het gevoel dat ze van haar probleem ook het mijne probeerde te maken. Ik had ook inderdaad wel met haar te doen, maar ben er toch maar zachtjes tussen uitgeknepen, wat ook wel weer goed uit kwam om zo de inmiddels ingestapte zenuwwekkende tourhusselaar af te schudden. Aangezien iedereen hier hetzelfde rondje maakt, zou ik haar sowieso nog wel een keertje tegen gaan komen om dan eindelijk eens een lang gekoesterd, maar welgemeend, sopranootje te kunnen maken :
‘ Hey, how’s your rash? ‘ (Sopranos liefhebbers snappen dit wel)
Flores en tikááál
Iedereen in Flores komt voor hetzelfde: Tikal. De grootste mayasite van Guatemala, midden in de jungle, zo’n zestig kilometer van Flores. Ik was de tours eigenlijk wel al een klein beetje zat, dus vond dat ik maar op eigen houtje richting de ruïnes moest proberen te gaan. Ik wilde daar sowieso een nachtje blijven op de camping, zodat ik er nog zou zijn als de touristen weg waren, en tevens al voordat ze er weer zouden zijn. Ik had dus alleen een bus heen en terug te boeken, waardoor ik helaas alsnog bij een touroperator uit zou komen en in een strak tijdsregime terecht kwam.
De tourhusselaar in de bus, de avond ervoor, waarschuwde voor onbetrouwbare andere touroperators, dus die viel zelf, wat mij betreft, direct af. De eerste de beste andere, direct naast mijn hostel, viel die eerste touroperator weer af met de medeling: ‘ He owes me money ‘, dus die viel zelf ook weer af.
Het eilandje van Flores is gelukkig erg klein, dus een rondje is zo gemaakt. Nog twee andere operators zetten kwa prijs allebei direct veel te hoog in, dus zo heb ik uiteindelijk mijn ticket geboekt bij een relekste dude, van ‘never ending travels’, die direct een normale prijs noemde en verder niemand anders zwart maakte.
‘ Go with your gutfeeling ‘, zou een amerikaanse smeris in een slechte politiefilm gezegd hebben.
Achttien kilometer voor de ingang van Tikal moest er al een kaartje gekocht worden. We kwamen daar om half twee aan, maar om een kaartje te kopen waarmee ik de volgende dag ook weer naar binnen zou kunnen, moest ik tot drie uur wachten, anders was men bang dat ik alsnog voor drieën naar binnen zou gaan. Stel je voor : een extra half uur. Het lijkt Nederland wel. Ik probeerde nog wat op te dingen, om het geen omkopen te noemen, maar de man hield voet bij stuk, we móesten wachten.
De rest van de bus met de dagjesmensen, die de enkele middagtour deden, reden dus wel direct verder, maar wij drie overnachters, nog een argentijn en een mexicaan die zijn verjaardag op de LSD in de maya ruïnes ging vieren, moesten anderhalf uur wachten, tot het drie uur zou zijn, om vervolgens een lift voor de resterende achttien kilometer te proberen te bemachtigen. Als ik dat had geweten was ik ‘s morgens vroeg al gegaan en gewoon voor twee dagen een los kaartje gekocht, maar om dat nu voor anderhalf uur nog even te doen, leek me wel wat overdreven en iets te luxe.
Het kwam verder ook wel weer goed uit, want zo had ik nog even de tijd voor cerveza, vrienden maken, en het fixen van een sunrise gids, waarmee ik om vier uur ‘s nachts al door het oerwoud zou kunnen gaan lopen, om zo met zonsopgang op tempel IV te kunnen zijn. Iets dat jarenlang, in verband met illegale parkovernachters, taboe was geweest, dus dat móest wel goed zijn.
Ik overnachtte in een tent op de binnenplaats van een hostel, omdat ik niet bereid was vijfenzeventig dollar te betalen voor een kamer, als ik toch om vier uur alweer op moest. Tevens had ik zo een goede positie voor het aanhoren van de geluiden der jungle. El musica del Jungle. Helaas sliep ik dit keer dan wel ineens weer als een blok.
Weer was ik nu blij al helemaal aan het begin de sunrise tour geboekt te hebben, want nu was ik alleen, samen met Juan de argentijn, met Luïs, onze gids, die ons doodstil door de pikdonkere Jungle het park in liep. In tegenstelling tot wat andere groepen van zeker twintig man, die luidruchtiger dan het woud zelf er door heen banjerden.
We liepen al gelijk tegen een vuistgrote tarantula aan, die ik maar heel even kortstondig aangestaard heb, om zo mijn slapende spinnenfobie niet onnodig te doen ontwaken. Ik ben an sich niet bang, maar ze komen terug in mijn dromen, waar ik er geen controle over heb. Om dezelfde reden had ik, de avond daarvoor, mijn hoognodige douchebeurt al geskipt, toen de duitse tentburen voor tarantula’s grote zus in de linker douche hadden gewaarschuwd.
Het is helemaal te gek om in het pikkedonker door de jungle te lopen. Helemáál met een gids die daar al éénentwintig jaar rondloopt. Elk diertje en geluidje viel hem op, dus zo stonden we ineens zeker vijf minuten stil, met de lantarens uit, te wachten tot een passerend beest verderop in de bush weer weg was. Er zitten hier een hoop Jaguars. Vernoemd naar de grootste maya pyramide op de Gran Plaza, maar het kon evengoed een aap of een tapir zijn geweest.
Op de gran plaza bleven we een tijdje mediterend op de grote trappen zitten waar de belangrijkste maya’s begraven lagen. Ik kan me niet herinneren ooit zo visueel gemediteerd te hebben, in zo’n korte tijd. Allerlei beelden schoten aan me voorbij. Van gezichten en handen die naar boven klommen of juist weer naar beneden vielen. Of het nu het tijdstip, het duister of de plek was, weet ik niet, maar ik bleef er nog een tijd van onder de indruk. De gids verzekerde me dat het door de magische plek kwam, waar de spirits nog vrij rondwaren.
Als je vervolgens voor de pyramide gaat staan en in je handen klapt, echoot het geluid weer terug in de vorm van de roep van de Quetzal vogel. Bij één pyramide kan ik me dat toeval nog wel voorstellen, maar bij alle bouwerken was dit geluid exact hetzelfde. En dan bedoel ik in lengte, toonhoogte en in kleur. Ik ben geen instrumentenbouwer, maar ik kan me voorstellen dat, om dit met een gigantisch stenen bouwerk voor elkaar te krijgen, je zeer precies te werk dient te gaan, en dat op grote schaal. Ik sloeg mezelf hard voor de kop dat ik mijn audio fieldrecorder niet bij me had, en kreeg daarmee het geluid van de Quetzal weer teruggekaatst.
Boven aan het hoogste bouwerk, tempel IV, gingen we de zonsopgang beleven, die helaas uitbleef door de mist, maar wel vervangen werd door het geluid van de ontwakende jungle. Alsof er een kudde dinosauriërs wakker werd, bulderde het vervolgens van de brul-apen.
Even verdacht ik onze gids ervan, die beneden op ons stond te wachten, aangezien hij eerder al eens hetzelfde geluid gemaakt had, toen hij verderop in het donker een ander groepje homosapiens door de jungle zag lopen, om hen zo de stuipen op het lijf te kunnen jagen, je moet toch wat als je daar al eenentwintig jaar rondloopt, maar als vervolgens de geluiden van alle kanten af komen, moet je, zelfs als nuchtere hollandse stadsjongen, bekennen dat de geluiden wel echt móeten zijn.
We namen om elf uur met ons open ticket de Mayaland bus, met de eerste uitgelopen tourgroup van de dag, weer terug naar Flores, waar ik mijn oh zo makkelijke hostel ‘Passado de la jungle’ weer betrok.
‘ Uno o dos dias, mas a menos. ‘, riep ik, een open twijfelgebaar makend, en kreeg mijn tas en een
‘ bien bien ‘, weer teruggeworpen.